• Home
  • Blog
  • Verkeerd begrepen verzen van het Nieuwe Testament – Week 2

Verkeerd begrepen verzen van het Nieuwe Testament – Week 2

Deze week gaan we verder met de nieuwe blogserie Verkeerd begrepen verzen van het Nieuwe Testament. In deze serie behandelen we elke week 2-3 verzen die we kort bestuderen en waarbij we een overzicht maken van de problemen, de oplossing, wat aantekeningen en studies die we hebben gemaakt over dat vers of er mee te maken hebben. We gaan deze week verder met een aantal verzen uit Mattheus 12, 16, en 23.

Mattheus 12:1-8
Probleem: Vers 1-2: 1 In die tijd ging Jezus op een sabbat door de korenvelden, en Zijn discipelen hadden honger en begonnen aren te plukken en te eten.2 Toen de Farizeeën dat zagen, zeiden zij tegen Hem: Zie, Uw discipelen doen iets wat niet geoorloofd is te doen op de sabbat.
In de Mondelinge Leer/ Traditie staat dat je geen graan mag wrijven tussen je vingers omdat dat wordt gezien als dorsen, en dat is werken op de Sabbat.

Oplossing: Vers 3-5: 3 Maar Hij zei tegen hen: Hebt u niet gelezen wat David deed toen hij honger had, en zij die bij hem waren? 4 Hoe hij het huis van God binnengegaan is en de toonbroden gegeten heeft, die hij niet mocht eten, evenmin als zij die bij hem waren, maar alleen de priesters? 5 Of hebt u niet gelezen in de Wet dat de priesters op de sabbatdagen de sabbat ontheiligen in de tempel, en toch onschuldig zijn?
Het voeden van de hongerige is van groter belang dan het wrijven van granen, als daar geen werk/ beroep mee wordt uitgevoerd – Wil je meer weten over dat onderwerp, bekijk dan onze studies: De dag van de Sabbat en Geen vuur op de Sabbat.

Mattheus 16:18-19
Probleem: 18 En Ik zeg u ook dat u Petrus bent, en op deze petra zal Ik Mijn gemeente bouwen, en de poorten van de hel zullen haar niet overweldigen. 19 En Ik zal u de sleutels van het Koninkrijk der hemelen geven; en wat u bindt op de aarde, zal in de hemelen gebonden zijn; en wat u ontbindt op de aarde, zal in de hemelen ontbonden zijn.
Ten aanzien van deze tekst zijn er twee vragen, aan de ene kant de uitleg dat Petrus de rots is waarop Jahweh een nieuwe kerk bouwt; en ten tweede de relatie tussen binden en ontbinden en over welke autoriteit het hier gaat en wat de sleutels van de hemel zijn.

Oplossing: Ten aanzien van vers 18 -
Amos 9:11 11 “Op die dag zal Ik oprichten de vervallen hut van David. Zijn scheuren zal Ik dichtmaken, en wat aan hem is afgebroken, zal Ik oprichten, Ik zal hem opbouwen als in de dagen van oude tijden af;
Joel 2:32-3:1 32 Het zal geschieden dat ieder die de Naam van de HEERE zal aanroepen, behouden zal worden. Want op de berg Sion en in Jeruzalem zal ontkoming zijn, zoals de HEERE gezegd heeft, namelijk bij hen die ontkomen zijn, die de HEERE roepen zal. 3:1 Want zie, in die dagen en in die tijd, als Ik een omkeer zal brengen in de gevangenschap van Juda en Jeruzalem,
Jesjoea is de enige rots waarop wat dan ook is gebouwd, Hij is de hoeksteen, het fundament (Het Woord). Het volk Israël is het enige instituut waarvan de Profeten hebben voorzegd dat het zal worden hersteld en weer opgebouwd. Er is geen sprake van een andere structuur die God zal “bouwen” in de “laatste dagen” behalve het huis van Israël.

Ten aanzien van vers 19-
De grammaticale constructie in de Griekse manuscripten is heel belangrijk voor het begrip van de betekenis van deze instructie. "Zal zijn gebonden zijn" en "zal zijn ontbonden zijn". Dat is erg vreemd Nederlands, maar het is een weergave van de omschrijvende toekomstige voltooide tijd. In essentie betekent het: "als dit oordeel is 'gebonden,' zal het al gebonden zijn in de hemel" en "als het oordeel wordt “ontbonden” (vrijgelaten), zal het in de hemel al vrijgelaten zijn." Wat Messias daarmee eigenlijk zei was: "het oordeel dat jij uitspreekt zal al zijn uitgesproken." Waarom? Omdat de Wet van het Koninkrijk van Messias de Wet van Mozes is. Alle binden en ontbinden moet worden gedaan in overeenstemming met wat is bepaald door God en in de Wet geschreven. Dus, als de oudsten besluiten om te “binden” in overeenstemming met de voorschriften van de bepalingen van de Torah, dan is de zaak in de hemel inderdaad al besloten en “gebonden”. Wil je meer weten over dat onderwerp, bekijk dan onze studies: De Kerk: Zijn Model: Veelgestelde vragen en De fout van de bedelingenleer

Mattheus 23:1-4
Probleem: Vers 2-3 “2 De schriftgeleerden en de Farizeeën zijn gaan zitten op de stoel van Mozes;3 daarom, al wat zij u zeggen dat u in acht moet nemen, neem dat in acht en doe het;
Dit wordt door sommigen mensen zodanig uitgelegd dat het betekent dat we alles van de Farizeeën moeten volgen, ook hun mondelinge leer en tradities.
Oplossing: Als mensen in de stoel van Mozes zitten, dan mogen ze alleen lezen uit de Torah. Dus Jesjoea zegt dat als je op die stoel zit en uit de Torah leest, je moet doen wat er staat. Maar in het vervolg van vers 3 staat dat we niet moeten doen wat de Farizeeën doen, ze onderwijzen de Torah uit de stoel van Mozes maar brengen die niet in praktijk. Wil je daar meer over weten, bekijk dan onze studie: De Kerk Zijn Model: Veelgestelde vragen.

Shalom,

Contact gegevens

Postadres:    

Stichting 119 Ministries Nederland

Noorderdiep 84

9521 BE  Nieuw-Buinen

Nederland  

   

RSIN nr. 

K.v.K. nr.

IBAN Rekeningnr.

BIC

ANBI Status 

856754134

66924251

NL09 RABO 0313 572 569

RABONL2U

ja

 


 

Hebrew Roots Map Europe